Spring naar inhoud

A- Bestuursverslag

Continuïteitsparagraaf 2022

(Bedragen x € 1.000)                          
Kengetallen     2022   2023   2024   2025   2026   2027
                           
Aantal studenten     3.167   3.285   3.241   3.273   3.301   3.318
Bekostigd aantal studenten     2.288   2.365   2.334   2.365   2.388   2.393
Bekostigd aantal diploma's     534   608   645   637   632   647
Onderwijsvraag     2.822   2.973   2.979   3.002   3.020   3.040
                           
Aantal fte personeel primair proces     374,9   376,7   372,4   370,1   370,6   370,1
Aantal fte bestuur (directie)/management     36,5   36,9   36,7   36,7   36,7   36,7
Aantal fte ondersteunend personeel     273,8   272,5   269,0   268,3   267,4   267,7
Totaal aantal fte's     685,2   686,1   678,1   675,1   674,7   674,5
                           
Staat / Raming van B&L     2022   2023   2024   2025   2026   2027
                           
Rijksbijdrage     74.357   73.860   73.642   73.269   73.385   73.488
Overige overheidsbijdragen en subsidies     701   545   337   278   128   115
College -en cursusgelden     5.799   7.988   8.092   8.284   8.303   8.302
Baten i.o.v. Derden     1.033   985   932   932   882   882
Overige baten     4.997   1.677   1.658   1.662   1.653   1.635
Totaal baten     86.887   85.055   84.661   84.425   84.351   84.422
                           
Personeelslasten     64.129   63.647   63.250   63.126   62.884   62.926
Afschrijvingen     5.459   5.372   5.763   5.744   5.681   5.575
Overige waardeveranderingen immateriële en materiële vaste activa     2.497   0   0   0   0   0
Huisvestingslasten     4.535   4.897   4.672   4.670   4.669   4.667
Overige lasten     11.200   12.421   11.443   11.061   11.043   10.641
Totaal lasten     87.818   86.337   85.128   84.601   84.277   83.809
                           
Saldo Baten en Lasten     -932   -1.282   -467   -176   74   613
                           
Opbrengsten effecten en vorderingen die behoren tot vaste activa     19   0   0   0   0   0
Financiële baten en lasten     -38   -30   -30   -30   -30   -30
Waardeverandering vordering vaste activa     -190   0   0   0   0   0
      -209   -30   -30   -30   -30   -30
                           
Resultaat voor belastingen     -1.141   -1.312   -497   -206   44   583
                           
Balans per 31-12     2022   2023   2024   2025   2026   2027
                           
Activa                          
Materiële vaste activa     69.078   74.685   72.860   68.980   71.767   67.938
Financiële vaste activa     1.148   1.200   1.200   1.200   1.200   1.200
Totaal vaste activa     70.226   75.885   74.060   70.180   72.967   69.138
                           
Vorderingen en overlopende activa     4.793   1.650   1.650   1.650   1.650   1.650
Liquide middelen     30.127   24.067   25.395   29.069   26.326   30.738
Totaal vlottende activa     34.919   25.717   27.045   30.719   27.976   32.388
Totaal activa     105.146   101.602   101.105   100.899   100.943   101.526
                           
Passiva                          
Algemene reserve     16.867   16.767   15.820   15.808   15.561   16.385
Bestemmingsreserves     67.860   67.677   68.156   67.991   68.311   68.099
Overige reserves en fondsen     3.087   3.058   3.029   3.000   2.971   2.942
Eigen vermogen     88.814   87.502   87.005   86.799   86.843   87.426
Voorzieningen     2.057   2.100   2.100   2.100   2.100   2.100
Kortlopende schulden     14.275   12.000   12.000   12.000   12.000   12.000
Totaal passiva     105.146   101.602   101.105   100.899   100.943   101.526

Toelichting

De AHK heeft in 2022 een geconsolideerd resultaat geboekt van -1,14 M€. In de begroting was rekening gehouden met een positief resultaat van 0,21 M€. Het verschil van 1,35 M€ is voor een zeer groot deel toe te schrijven aan het feit dat in 2022 de gemaakte kosten voor de voorbereiding van de beoogde dependance van het Conservatorium van Amsterdam volledig ten laste van de exploitatie zijn gebracht. Dit project is stopgezet vanwege de sterk stijgende bouwkosten, waardoor continuering een te groot risico is geworden voor de komende jaren. De uiteindelijke desinvestering bedroeg 2,5 M€.

Kwaliteitsafspraken

Op het totaal van de kwaliteitsafspraken is circa 750 K€ minder uitgegeven dan was begroot. Dit betekent concreet dat bijna 87% van de voorgenomen activiteiten in 2022 uitgevoerd zijn. Overall kan dan ook worden geconstateerd dat de middelen voor de kwaliteitsafspraken behoorlijk op schema worden uitgegeven voor de doelen waarvoor de afspraken zijn gemaakt. De onderbesteding op sommige projecten is verklaarbaar en is met de medezeggenschap besproken. In de laatste jaren van de planperiode van de kwaliteitsafspraken, 2023 en 2024, zal de kleine inhaalslag worden verricht. Eind 2023 zal de evaluatie hiertoe plaatsvinden.

Investeringen onderwijs en onderzoek

In navolging van 2022 zal de AHK ook in 2023 het ingezette beleid om te investeren in onderwijs en onderzoek voortzetten. Met de nog resterende compensatie vanuit het NPO met de aan thema’s gebonden financiering, kunnen we doorgaan met de gemaakte plannen en tegelijkertijd de bijkomende kosten vanwege covid opvangen. De geplande extra uitgaven in de komende jaren zijn erop gericht de plannen uit het lopende strategisch plan van de AHK uit te voeren. Zo worden er veel gerichte uitgaven gedaan op terreinen als sociale veiligheid, diversiteit, onderzoek, versterking interdisciplinair onderwijs, zorgstructuur voor studenten, taalonderwijs, etc. Voor deze plannen worden middelen uit de kwaliteitsafspraken ingezet, maar er worden ook extra middelen ingezet. De extra uitgaven en de investeringen, zoals opgenomen in de in december 2022 goedgekeurde begroting leiden in 2023 tot een begroot tekort op de reguliere exploitatie van 1,3 M€. In de loop van de meerjarenbegroting zal er weer evenwicht komen tussen inkomsten en uitgaven.

De meerjarenplanning van de liquiditeit blijft in de planperiode steeds ruim boven de 20 M€ liggen. Daarmee blijft dat niveau boven de door de AHK gehanteerde kritische grens in de liquiditeit van drie maanden betaling van de salarissen, circa 10 M€. Indien nieuwe investeringsplannen worden gemaakt, dan zal dat uiteraard van invloed kunnen zijn op het niveau van de liquiditeit. Al met al blijft de liquiditeit en solvabiliteit de komende jaren op een hoog niveau liggen, maar nieuwe planvorming, bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheid, zal daarop van invloed zijn. Het nieuwe strategisch plan van de AHK, op dit moment in voorbereiding, zal ook nieuwe plannen met zich meebrengen, maar kent ook een grote mate van continuïteit.

Instroom

De instroom van studenten bij de AHK vertoont jaarlijks een grote mate van stabiliteit. Jaarlijks melden zich voor de meeste studierichtingen ruim meer belangstellende aspirantstudenten aan dan we, op basis van uitvoerige selectie, kunnen en willen toelaten. En dat is nu ook het geval. Bij opleidingen waar het verschil tussen belangstelling en capaciteit minder groot is, verwachten wij wel een daling van de instroom, vergelijkbaar met het grootste deel van het hbo. Eén en ander betekent dat de AHK in totaal robuust is als het gaat om aantallen studenten, zij het dat op opleidingsniveau wel hier en daar een daling te zien zal zijn.

Instellingscollegegelden niet-EER

De verwachting dat de vaststelling van de hoogte van de instellingscollegegelden voor niet-EER studenten zou veranderen is tot op heden niet waargemaakt. De  concept Wet taal en toegankelijkheid die door het vorige kabinet was ingediend is niet-ontvankelijk verklaard. Daarna is de concept wet door het kabinet ingetrokken. Inmiddels wordt er binnen de AHK wel beleid gemaakt op het geleidelijk verhogen van het instellingstarief tot een kostendekkend niveau. Dit brengt qua bekostiging of aantallen geen grote risico’s voor de AHK met zich mee, maar doet wel iets met de concurrentiepositie ten opzichte van met name Duitse en Franse collega’s. Een hoger collegegeld voor niet-EER studenten betekent meer inkomsten uit collegegelden bij gelijkblijvende aantallen of – bij dalende aantallen niet-EER studenten – wellicht vervanging door hogere instroom van bekostigde studenten.

Voortzetting middelen kwaliteitsafspraken

Op basis van het gesloten coalitieakkoord rekent het hoger onderwijs op voortzetting van de gelden die nu via de kwaliteitsafspraken worden toegekend en zijn de signalen er dat deze middelen vanaf 2025 op het niveau van de rijksbijdrage van 2024 als onderdeel van de vaste voet in de bekostiging zullen worden opgenomen. De onzekerheid vanwege de invloed van kosten en inflatie op het kabinetsbeleid geldt voor het gehele onderwijs en is niet specifiek voor de AHK of voor het kunstonderwijs.

Taskforce Digital Learning

De AHK heeft een Taskforce Digital Learning gevormd en hiervoor een manager aangesteld met als opdracht het online onderwijs naar een hoger plan te brengen. Deze taskforce heeft niet alleen een technologische insteek, maar bekijkt digitalisering van onderwijs vanuit verschillende invalshoeken zoals curriculumontwerp, contentproductie, docentprofessionalisering, organisatieontwerp, cultuur, technologie en ondersteuning. De veelheid aan taken heeft in 2021/2022 tot enige vertraging in dit voornemen geleid, doch staat voor 2023 en de jaren daarna andermaal op de agenda.

Docentprofessionalisering

Om de kwaliteit van medewerkers verder te borgen en te versterken heeft de AHK besloten de professionalisering van docenten en andere medewerkers te intensiveren en (deels) verplicht te stellen. Hiervoor worden extra middelen vrijgemaakt.

Digitalisering en beveiliging

Intern zet de AHK de enkele jaren geleden in gang gezette modernisering van de bedrijfsvoering voort. In 2021 is het nieuwe studentinformatiesysteem ingevoerd. In de financiële administratie is de digitalisering van de gehele inkoop – en niet alleen het factuurproces – via een stapsgewijze aanpak in uitvoering. De komende jaren zal de versteviging van cybersecurity om extra maatregelen vragen. In 2022 leidt dit tot het instellen van een chief information security officer (CISO) en de aansluiting bij een security operation centre (SOC). Tevens zal in het bestek van twee jaar het landelijk afgesproken niveau rond cybersecurity worden gerealiseerd. Een en ander leidt tot extra uitgaven, naast de andere intensiveringen in het ICT- en IM-domein (zoals verbetering en versterking van ICT en databeheer in de bibliotheken en in het onderzoek, maar ook de verdere uitbouw van ICT in het onderwijs). Ook heeft de AHK in 2022 stappen gezet op het gebied van Research Data Management. In 2022 is een keuze gemaakt voor de DANS repository van de KNAW. Deze wordt in 2023 geïmplementeerd door een datamanager.

Onderzoek

Onderzoek wordt meer en meer één van de twee kerntaken van de hogeschool, die op weg is om een kennisinstelling te worden. Het AHK Research Centre is daarin een belangrijke bouwsteen, evenals de tijdelijke extra investeringen in het onderzoek de afgelopen jaren. Totaal gaat het om een extra uitgave van 2,5 M€ in vier jaar aan extra ondersteuning, uitbreiding lectoraatsgroepen en investeringen in het schrijven van projectaanvragen. Inmiddels heeft er vanaf half 2022 een ophoging van de rijksbijdrage voor onderzoek in het hbo plaatsgevonden en hebben de onderzoekseenheden hiermee de reeds ontwikkelde activiteiten kunnen handhaven en ook mogelijkheden gekregen voor de ontwikkeling van nieuwe activiteiten.

Signaleringswaarde publiek eigen vermogen

De Inspectie van het Onderwijs heeft, in opdracht van OCW, voorstellen gedaan rond de beheersing van hoge financiële reserves van onderwijsinstellingen. De minister van OCW heeft op basis daarvan regelgeving opgesteld die voorziet in het toepassen van signaleringswaarden. Als een instelling een publieke financiële reserve heeft die boven de signaleringswaarde voor die instelling uitkomt, dan volgt er een gesprek met de inspectie. Voor de AHK betekent dit het volgende:

  • De signaleringswaarde wordt berekend op basis van het bepalen van de herbouwwaarde van de gebouwen (inclusief onderhanden werk), dit is de helft van de aanschafwaarde + de prijsindex op onderwijs gebouwen van de laatste 15 jaar van 27%, de resterende activa welke op boekwaarde kan worden vastgesteld en hierboven op een risicobuffer gehanteerd van 5% van de publieke baten om dagelijkse fluctuaties in het beslag op de middelen te kunnen opvangen.
  • Voor de AHK ligt deze signaleringswaarde in 2022 op 89.160 K€, waardoor het publiek eigen vermogen ad. 85.688 K€ deze onderschrijdt. Investeringen in de NBA zullen dit beeld niet verslechteren. Bovendien zal de AHK extra investeringen plegen vanwege de versnelling die we willen realiseren in verband met de klimaatcrisis.

Coronaparagraaf (inclusief inzet middelen Nationaal Programma Onderwijs)

De academies hebben in 2022 nog veel hinder ondervonden van de naweeën van de coronaperiode. Een behoorlijk aantal studenten kampt met studievertraging, welke de oorsprong had in de covidcrisis. Hiertoe zijn door de AHK nodige extra uitgaven gerealiseerd in 2022. Hierbij is inhaalonderwijs mogelijk gemaakt door extra docenten en docenturen. Ook was sprake van extra kosten voor langstudeerders die alsnog hun diploma behaalden, naast de ‘reguliere’ studenten. Het ging dan om kosten van begeleiding, huur van ruimtes en materialen.

Veel studenten ondervonden problemen bij de studievoortgang vanwege beperkingen in de sector, weinig mogelijkheden om afstudeerwerk live te presenteren en bij sommige opleidingen vanwege online onderwijs. Ze kampen met eenzaamheid, onzekerheid, een gebrek aan perspectief, het wegvallen van autonomie en zorgen om de toekomst. Deze studenten wordt extra begeleiding aangeboden wanneer daar behoefte aan is. Decanaatsuren zijn dan ook uitgebreid en studiecoaches ingezet.

Bij het personeel worden de hybride werkvormen goed benut. Digitale applicaties en apparatuur worden hiervoor structureel doorontwikkeld.

De middelen voor de bestrijding van de gevolgen van de pandemie bestonden (naast de compensatie collegegelden en de extra en incidentele lumpsum in 2021) uit de themagebonden middelen die in 2021 en 2022 ter beschikking zijn gekomen en in de jaren 2021 t/m 2024 mogen worden besteed. Deze middelen hebben betrekking op: studiebegeleiding, wegwerken achterstanden, stageproblematiek en lerarentekort. De AHK heeft deze middelen – het ging om circa 1,8 M€ - over de zes academies verdeeld, waarbij we naar gelang de situatie verschil hebben gemaakt tussen de academies. De hogeschoolraad heeft hiermee ingestemd en op academieniveau zijn vervolgens in het najaar van 2021 plannen gemaakt hiertoe. Die plannen zijn nu in uitvoering. Het ministerie heeft bepaald dat de budgetten via de balans lopen, dat betekent dat er geen resultaat in de exploitatie zichtbaar wordt.

Onderstaande tabel laat zien dat het grootste deel van de middelen ingezet is in 2022 en dat nog een fors deel in 2023 besteed zal gaan worden. Eind 2022 was het saldo op de vooruit ontvangen bedragen vanuit NPO 806 K€.

Bestemming middelen corona

  2021   2022   2023   tm 2023 2024 tm 2024
Thema Gepland Besteed Gepland Besteed Gepland Prognose Gepland Prognose Prognose
Soepele in- en doorstroom 53.000 49.605 294.000 248.210 324.000 344.250 671.000 41.379 683.443
Welzijn studenten en sociale binding met de opleiding 75.000 70.196 381.000 321.659 177.000 188.063 633.000 22.605 602.522
Ondersteuning en begeleiding op het gebied van stages 8.000 7.488 49.000 41.368 18.000 19.125 75.000 2.299 70.280
Lerarenopleidingen 74.000 69.260 218.000 184.047 121.000 128.563 413.000 15.453 397.322
Nog te bestemmen             0 38.433 38.433
Totaal 210.000 196.547 942.000 795.284 640.000 680.000 1.792.000 120.169 1.792.000
                   

Toelichting op begroting 2023

Rijksbijdrage 73.860
Overige overheidsbijdragen en subsidies 545
College -en cursusgelden 7.988
Baten i.o.v. Derden 985
Overige baten 1.677
Totaal baten 85.055
   
Personeelslasten 63.647
Afschrijvingen 5.372
Huisvestingslasten 4.897
Overige lasten 12.421
Totaal lasten 86.337
   
Saldo Baten en Lasten -1.282
   
Totaal financiële baten en lasten -30
   
Resultaat -1.312

Financiële positie

In het navolgende hebben wij een analyse van de financiële positie van de AHK gemaakt. Opgemerkt dient te worden dat de omvang van balansposten in de loop van een jaar kan fluctueren en dat de waarde per balansdatum aanmerkelijk kan afwijken van een willekeurige andere in het verslagjaar gekozen datum. Kengetallen kunnen hierdoor zijn beïnvloed.

Onderstaand volgt een samenvatting van de balans per 31 december 2022 en per 31 december 2021.

        31 dec 2022       31 dec 2021  
                   
                   
Activa                  
Materiële vaste activa     69.078   65,7%   72.137   69,4%
Financiële vaste activa     1.148   1,1%   1.331   1,3%
Vorderingen en overlopende activa     4.793   4,6%   1.646   1,6%
Liquide middelen     30.127   28,7%   28.812   27,7%
                   
      105.146   100,0%   103.926   100,0%
                   
Passiva                  
Eigen vermogen     88.814   84,5%   89.955   86,6%
Voorzieningen     2.057   2,0%   2.201   2,1%
Kortlopende schulden     14.275   13,6%   11.769   11,3%
                   
      105.146   100,0%   103.926   100,0%

Werkkapitaal

Op basis van de voorgaande balans kan een opstelling worden opgegeven van het werkkapitaal.
Onder werkkapitaal wordt verstaan het geheel van vlottende activa verminderd met de kortlopende schulden.
De omvang van het werkkapitaal geeft informatie over de liquiditeitspositie van de onderneming.

      31 dec 2022   31 dec 2021   verschil
               
Vorderingen en overlopende activa     4.793   1.646   3.146
Liquide middelen     30.127   28.812   1.315
      34.920   30.459   4.461
Af: Kortlopende schulden     -14.275   -11.769   -2.506
Netto werkkapitaal     20.645   18.689   1.955

Solvabiliteit

Uit de solvabiliteit - de verhouding tussen het eigen vermogen en het vreemd vermogen dan wel de verhouding tussen het eigen vermogen en het totaal vermogen blijkt het weerstandsvermogen van de stichting. De solvabiliteit wordt gebruikt om inzicht te krijgen in de financiële gezondheid van een onderneming op de langere termijn.
De solvabiliteit wordt als volgt berekend: (eigen vermogen / totaal vermogen) x 100%. Hoe hoger de solvabiliteit
hoe beter, maar een solvabiliteit tussen de 25% en 40% wordt als gezond beschouwd.

        2022   2021
             
Solvabiliteit       86%   89%

Liquiditeit

Uit de liquiditeit, zijnde de verhouding tussen vlottende activa en de kortlopende schulden, blijkt in hoeverre een onderneming aan haar financiële verplichtingen op korte termijn (tot maximaal een jaar) kan voldoen.
De current ratio is een kengetal om de liquiditeit van een onderneming te meten. De current ratio wordt als volgt berekend: (vlottende activa + liquide middelen) / kort vreemd vermogen. Een current ratio van 2 is goed.
Bij een current ration van 2 of hoger is de onderneming absoluut veilig als het gaat om liquiditeit.

Current ratio       2022   2021
             
(vorderingen, effecten en liquide middelen) / kortlopende schulden       2,45   2,59

Overzicht verantwoording declaraties en bestuurskosten College van Bestuur 2022

Hieronder zijn de bedragen opgenomen van uitgaven  door de leden van het College van Bestuur.
Er is hiervoor gebruik gemaakt van het door de Vereniging Hogescholen aanbevolen format, gebaseerd op het model van het Ministerie van Binnenlandse Zaken.

      L.Verveld   A.Lekkerkerker   Gezamenlijk   Totaal
Bedragen in euro's                  
                   
Representatiekosten     € 863   € 721   € 428   € 2.012
Reis -en verblijfkosten binnenland     € 934   € 774       € 1.708
Reis -en verblijfkosten buitenland     € 1.527   € 731   € 135   € 2.393
Overige kosten     € 3.597   € 2.145   € 1.646   € 7.388
Totaal     € 6.921   € 4.371   € 2.209   € 13.501